Verschillende plantsoorten zijn ook over verschillende plekken op onze aarde te vinden. Zo zijn er op het noordelijk halfrond ook planten te vinden die oorspronkelijk van het zuidelijk halfrond af komen. Uit recent wetenschappelijk onderzoek van de Universiteit van Connecticut is gebleken dat dit mede wordt veroorzaakt door trekvogels.
Trekvogels zoals de goudplevier en de grijze strandloper zijn hier voor verantwoordelijk. Vooral sterke planten worden op deze manier verspreid, zoals mossen. De kiemcellen van deze planten worden meegedragen door de vogels. Het onderzoek werd gepubliceerd in het Online wetenschappelijk tijdschrift PeerJ.
Voor dit Amerikaanse onderzoek werden er tientallen verschillende trekvogels bestudeerd. Voornamelijk in de periode na hun broedseizoen in Arctische gebieden van Noord-Amerika. Na het broedseizoen vertrekken deze vogels naar Zuid-Amerika. Bij onderzoek na de tocht troffen de wetenschappers 23 verschillende soorten kiemcellen van planten aan bij deze diertjes, voornamelijk van mossen. Waarschijnlijk blijven deze zaden aan de trekvogels plakken door hun nestgedrag, door het nestelen komen ze namelijk met hun snavel in contact met de mossige grond van het Noorden.
Normaal gesproken worden deze zaden meegevoerd door de wind. Dankzij dit onderzoek is duidelijk hoe de planten zich hebben kunnen verspreiden naar gebieden over oceanen en dichtbegroeide regenwouden. Er werd altijd al aangenomen dat deze distributie werd veroorzaakt door de trekvogels, maar dit onderzoek geeft hier eindelijk een bevestiging aan.
In een vervolgstudie gaan de onderzoekers via DNA-onderzoek proberen in de kaart te brengen welke planten er zoal verspreid worden door de trekvogels. We hoeven niet te verwachten dat deze vogels alle mooie planten mee neemt naar Nederland, daarvoor kunnen we beter kunstplanten aanschaffen.